Lui

zalmIk zag een noodkreet in de uitspraken van de top van ING en ABN Amro over de salarisverhogingen van hun bestuurders. Ze hadden Joris Luyendijks Dat kan niet waar zijn heel goed gelezen en pagina 88 uit het hoofd geleerd. ‘Het past helemaal binnen de wet,’ zeiden ze honderd keer. Bij iedere vraag met morele termen (goed, fout) keken ze vies en dat was logisch, want de financiële sector had die termen afgeschaft. Kon je gewoon lezen in Luyendijk. A-moreel waren ze. Het grootste compliment in de City, schrijft Luyendijk, is iemand ‘professioneel’ noemen. Professioneel betekent: geen emoties, geen morele overtuigingen op je werk. De boze reacties snapten ze niet bij ING en ABN Amro, en terecht. De lessen die wij en onze politici hen na de crisis hadden gegeven en nog steeds gaven waren: ga rustig door met het kapot maken van het midden- en kleinbedrijf met je derivatengif, ga rustig door met het traineren van een oplossing voor kaalgewoekerd Nederland, ga rustig door met je lobby om alle risico bij ons, de belastingbetaler te houden, desnoods hoesten we nog een keer honderd miljard euro op om jullie te redden, wij pikken alles. De politieke partijen met een begin van een plan om de bankiers tot rust te bakeren zouden straks nog geen vijfde van de zetels in de Eerste Kamer bezetten. Ik zag een ABN Amro-bankier en een ING-commissaris die ons smeekten om een teken, waardoor zij het konden snappen. Maar zelfs zoiets simpels als massaal onze rekeningen weghalen bij degenen op wie we zo boos waren, ons spaargeld, onze verzekeringen, hun geldautomaten niet meer gebruiken, deden we niet. Tegenover hun amoraliteit stond onze luiheid.

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.