Ik had zondag veel zin om naar buiten te gaan. Er was al een etmaal gewaarschuwd voor zuidwesterstorm en grijs, regenachtig weer.
Een meisje hield haar rode jas zo ver mogelijk opengespreid. Haar fietsstuur trilde. Een oude man met een dito labrador riep dat ze uit moest kijken. De snelheidsmeter in de berm glimlachte tevreden: 29 km. Ik keek het zeilende meisje na en rende toen de andere kant op. Net over de brug passeerde ik de fundamenten van het huis dat ik in acht maanden gebouwd had zien worden en dat twee dagen voor oplevering in een halve nacht was afgebrand. Wie dat niet wist, kon denken: crisisgevalletje. Achter het huis dat niet meer was, torende de skiheuvel: een creatief laagje vernis van plastic borstelmatten op een groot afvalprobleem. ‘Fijn dat ze hier alvast kunnen oefenen,’ hoorde ik een man iets verderop zeggen. ‘Dat scheelt botbreuken.’ Samen met een vrouw keek hij naar de zigzaggende afdalers. Het stel dacht toch niet werkelijk dat ziektekostenverzekeraars deze berg …? Maar ik was al te ver om het ze te vragen.
De zon scheen, de zuidwesterstorm blies de zakken van mijn windjack bol. Bij de vollegrondsplantenkweker rende een vrouw mij tegemoet. Ze droeg witte gympen, witte kniekousen en een babyroze trainingsjack. Haar ultrakorte groene rokje had iets hockeyachtigs en liet de bovenbenen vrijwel bloot. Ik moest denken aan mannen die vanwege ‘het vrijheidsgevoel’ zeiden graag hard te lopen in zo’n strakke dunne renbroek waar ze zo met hun blote billen instapten.
‘s Avonds zag ik in het journaal een snelvuurkanon op Hare Majesteit Rotterdam in de Indiase havenstad Mumbai. Daar was het prachtig weer. 4200 kogels per minuut, een muur van lood, bijnaam ‘de doelman’, vertelde een Nederlander namens de fabrikant. Zijn neus glom. ‘Het is een mooi gedicht, geschreven door Nederlandse technici,’ zei meneer Muralidharan van de defensiedivisie van het Indiase Tata, die misschien wel zo’n gedicht wilde. Er waren zoveel invalshoeken mogelijk.
Toen de zuidwesterstorm bijna was gaan liggen kwam het bericht dat de componist van het Koppig lied Simeon ten Holt eerder die dag was gestorven. De dood had kennelijk ook verstand van componeren.
Invalshoeken
Voeg toe aan je favorieten: Permalink.