Elders

ntwrpnIk zei ‘ja’ op de vraag van de mevrouw achter de kassa of ik uit Nederland kwam. ‘Voor de statistiek,’ zei ze. Ze gaf me een wit bandje, het leek van papier maar je kon het niet scheuren, ik moest een lipje van een plakstrookje halen en het bandje dan om mijn pols doen en vastplakken. Ik wist hoe het werkte. Bij de Nacht van de poëzie had ik ook zo’n bandje om mijn pols gedaan. Er was een schoolklas gearriveerd. Alle kinderen droegen geel fluorescerende hesjes. Dat was hier kennelijk verplicht. Het beton en steen van de museumhal resoneerde hun opwindende gekwetter prachtig. Toen iemand ‘ssst’ had geroepen en de resonantie langzaam uitdoofde, vroeg ik aan de mevrouw van de kassa: ‘uit welk land komen de meeste bezoekers?’ ‘Nederland,’ zei de vrouw. ‘Niet België?’, vroeg ik. Ze aarzelde even. ‘Er zijn dagen dat tachtig procent uit Nederland komt,’ zei ze en ze voegde toe: ‘de architecten zijn ook Nederlands hè.’ Ik dacht: zouden Nederlanders zo chauvinistisch zijn dat ze alleen maar gebouwen van Nederlands ontwerp bezoeken? Of: zouden de mensen van het museum denken dat Nederlanders chauvinistisch zijn? Of: gingen Belgen niet graag naar gebouwen die door Nederlanders waren ontworpen? Of: zouden Nederlanders gewoon meer naar musea gaan dan Belgen? Er meer tijd voor hebben wellicht? Gelukkig kocht ik mijn kaartje pas toen ik mijn rondgang naar boven al had gemaakt, onbezwaard door al deze vragen. Dat kon namelijk. De looproute via de roltrappen lag om de dozen waarin de museumzalen zaten en was publieke ruimte, voor iedereen toegankelijk. In de brochure stond: ‘Het MAS is een open huis. Alleen de museumzalen zijn betalend.’ Na iedere roltrap bevond ik me aan een nieuwe zijde van het gebouw met een steeds hoger uitzicht op de havenstad. Vanwege het miezerige weer reikte dat zicht niet ver. Maar dat gaf niks. Het maakte de nieuwe wereld waarin ik mij bevond intiem. Een intieme ervaring met een gebouw van Nederlandse architecten van wie ik nog nooit gehoord had en die blokken hadden gestapeld zoals een kind dat doet en zo een stapelhuis hadden gemaakt op de plek van het vroegere Hanzehuis uit de zestiende eeuw en die mij ten diepste lieten voelen dat schoonheid en geluk niet te vangen vallen in de arme en anno 2013 zo dominantie politiek begrippen efficiëntie en effectiviteit en dat ik ook zeker wist dat dit gebouw op deze plek aan de rand van het centrum van deze stad heel efficiënt en effectief was voor dit deel van de stad en daarmee voor de hele stad. Maar dat je zoiets nooit vooraf weet. Vooraf zie je alleen een droom en schoonheid.

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.