Ik vroeg hoeveel erin kon. ’35 kuub,’ zei de man, die de dikke slang tussen zijn tankwagen uit Oosterhout en de container loskoppelde. Er drupte dikke prut uit. ‘Schoner kan niet,’ zei hij, ‘er heeft geen mensenhand aan gezeten.’ Maar misschien wel aan wat er aan de voorkant van de koe is ingegaan,’ zei ik en ik dacht aan de schandalen met afgewerkte motorolie en afgekeurd antibioticum in diervoeder. Acht tankwagens vol koeienmest gingen over dit perceel. Of beter gezegd: in dit perceel. Een trekker op drie dikke banden slurpte regelmatig stront uit de container en dan drupte het via een heleboel slangen net voor de lepel van de grubber de aarde in. Ik vroeg mijn broer of hij ook mest uit die tankwagens over zijn land ging laten rijden als hij klaar was met de oogst. Hij knikte. Het was goedkoper dan zelf grubberen en kunstmest strooien. Bovendien telde een kilo kunstmest voor honderd procent mee in de stikstofboekhouding en een kilo koeienmest maar voor zestig procent. Ook kreeg hij via die stront nog allerlei andere nuttige stoffen op zijn land. Een kringloop, zei ik. Koeienstront op het land, waarop tarwe groeit die de koeien opvreten via hun diervoeder, waarna weer nieuwe koeienstront. Ik reed een paar omgangen mee op de combine, met mijn ene been op het trapje en met mijn andere been in de cabine, ik keek hoe de maaibalk het graan van de grond trilde en de haspel de aren in de goede positie bracht. Daarna ging het naar een dorstrommel en daar werd het kaf van het koren gescheiden. Een soort centrifuge, vroeg ik. Mijn broer knikte. Nu stonden de gaatjes klein, maar als hij later bruine bonen ging oogsten dan zette hij ze wijder. Ik dacht aan de Cambridge hoogleraar Chang die stelt dat de wasmachine de wereld meer heeft veranderd dan internet. De combine was de wasmachine van de boer. Even later reed ik met mijn nichtje op de trekker met een zware kiepwagen vol tarwe naar de boerderij. Ik stond met mijn ene been op het trapje, met mijn andere in de cabine. De oogst was goed, de trekker had het zwaar. Behoedzaam stuurde mijn nichtje de paar ton aan materiaal en oogst de doorgang in. Overal zinderde de lucht van hitte en stof en rijpe tarwe. De schuur die vroeger een reus was, was nu een kwetsbaar klein duimpje.