Ik was ruim vier uur voor sluitingstijd bij de groenteboer en dus vroegen ze of het wel goed met me ging. Dat is ons spel. Ik vroeg om boerenkool, ik zei dat 250 gram wel genoeg was voor op de pizza. De zaterdagmedewerker die de rest van de week studente is met een eerlijke kijk op de wereld van groenten, zei: Gatver! Op een pizza? Alles kan op een pizza, zei ik. Zelf ging ze lasagne met banaan eten. Alles kan, zei ik. Ik vroeg om iets bomvol vitaminen voor mijn grieperige zus. Papaja leek me te veel werk, dus nam ik frambozen en blauwe bessen. Als de boerenkoolpizza’s goed lukten, zou ik er volgende week nog een maken en die rond lunchtijd hier bezorgen. Diep in mij huisde een missionaris. Thuis vond ik in mijn tas bovenop de boerenkool en naast de frambozen en bessen twee grapefruits. Laatst trof ik onder de spruitjes een munt uit de Centraal Afrikaanse Republiek.