Ik keek de documentaire United States of Secrets. Al voor de aanslagen op de Twin Towers beschikte de NSA over een programma, ThinThread, waarmee alle telefoon- en internetverkeer dat via de Verenigde Staten loopt, kon worden afgetapt, bekeken, geanalyseerd en opgeslagen (en zeg nu niet: ik mail nooit met de VS, ook het mailtje naar je Nederlandse collega kan via de VS lopen als die route sneller is dan de Nederlandse internetroute; om nog maar te zwijgen over de duizenden datapakketjes die een smartphone ieder uur uitwisselt met de Googles van deze wereld). Sinds het Watergateschandaal zat het bij iedere NSA-medewerker erin geramd dat het afluisteren van de eigen bevolking een doodzonde is; en daarin voorzag ThinThread: het versleutelde alle Amerikaanse data. Na 9/11 – dat een complete verrassing voor de Amerikaanse veiligheidsdiensten was – werd die versleuteling er, op bevel van president Bush met als architect vice-president Cheney en in strijd met de Amerikaanse grondwet, uit gesloopt en ging het programma compleet los. Alle telecom- en internetbedrijven moesten informatie afstaan en via de achterdeur, gewoon door taps te zetten op de glasvezelkabels van Google cs, sleepte de NSA alles wat de Facebooks en Googles al voor hun adverteerders over ons bewaren, binnen. In de NSA-gangen verschenen stapels extra servers. Aan de handvol mensen die hun nek uitstaken, met Edward Snowden voorop, en aan de vrije pers danken we de fascinerende reconstructie van het Amerikaanse nationale veiligheidsbeleid sinds 2001. De documentaire toont de gebruikelijke ellende: een Witte Huis en een veiligheidsdienst die willens en wetens de Grondwet overtreden en daarbij methodes uit The Godfather niet schuwen, het voorliegen van de eigen bevolking en het Congres, het onder druk zetten van de pers, het ruïneren van de levens van vermeende klokkenluiders, commerciële bedrijven die braaf met de overheid meewerken ten koste van hun klanten, bang als ze zijn de overheid als klant te verliezen, maar, als alles uitkomt, klagen bij de president over hun imagoschade. Tien miljard dollar spendeert de NSA jaarlijks aan het wereldwijd afluisteren en meelezen, vanaf de eerste schreden zijn er zeer kritische geluiden, maar dankzij stevige oor- en oogkleppen worden de Amerikaanse inlichtingendiensten twaalf jaar na 9/11 opnieuw compleet verrast, nu door wat hun eigen Paard van Troje baart: burgers die het niet pikken, met het gigantische lek via Snowden als gevolg. Om nog maar te zwijgen over de blindheid voor het aloude oorlogsfeit dat ieder wapen, dus ook dit enorme databouwwerk met alle criminelen feiten eromheen, in handen van de vijand kan vallen. Dat was het echt huiveringwekkende.