Als een kind aan de vooravond van Sinterklaas zat ik aan de keukentafel. Maar liefst drie keer ging er aangebeld worden. DHL zou de lichte spullen van Jelle’s Makkelijke Moestuin brengen: een pak Makkelijke Moestuinvoeding, twaalf zakjes zaad, een tuinschepje van RVS, twintig plantenlabels en een watervaste stift om die labels te beschrijven. TransMission zou het grote werk doen: drie zakken Makkelijke Moestuin Mix zoals de tuinbaas me op het hart had gedrukt, veertig liter per zak, en de Airbak: een moestuinbak van 120 bij 60 centimeter waarvan zowel het frame als het doek van geryclede flesjes gemaakt was en die ik alleen nog in elkaar hoefde te knexen.
En dan was er nog Post.nl, die zou namens Donner de roman Een wereld binnen handbereik van Maylis de Kerangal brengen. N had het boek tijdens onze leesclub rondom de tafeltennistafel van M voorgesteld voor onze volgende leesclub en ik had direct nadat ik voor de tweede keer met mijn mondkapje in de metro had gereisd – waarbij de handvol reizigers zich op en top Japans gedroegen: niemand belde, niemand sprak – een inkijkexemplaar opgezocht en de eerste bladzijden gelezen. En ik was daarom gisteren niet in een ander nieuw boek begonnen, omdat ik heel graag in dit boek wilde beginnen. Het gaat over drie jonge mensen die dezelfde opleiding hebben gedaan, die van decorschilder, en die meesters zijn geworden in het bedriegen van het menselijk oog: marmer suggereren op simpele, gestucte muren, dat werk.
Maylis de Kerangal, alleen die naam al.