Bedekte aarde (2)

Net toen ik met mijn kringlooptuin was begonnen waarbij geen bladsnipper meer in de groene container verdween, vertelde mijn broer over zijn plan om zijn blauwmaanzaad en quinoa voortaan eind september te gaan zaaien. ‘Een beetje zoals wintertarwe?’ vroeg ik. Ik weet ook wel dat je wintertarwe niet al eind september in de grond stopt, maar pas in oktober, november, maar daarom zei ik ook ‘een beetje zoals’. ‘Inderdaad,’ zei mijn broer. ‘Als quinoa in de Andes op vier-vijfduizend meter hoogte kan ontkiemen, dan moet dat ook wel lukken in een Nederlandse herfst.’ Van blauwmaanzaad wist hij dat het niet speciaal een voorjaarszonnetje nodig had om van zaadje tot zaailing te transformeren.

Het leek me direct een slim plan. Ik herinnerde me nog de werkzaamheden die mijn vader en oom vroeger na een oogst deden. Land waar bijvoorbeeld tarwe had gestaan, werd eerst gegrubberd en als de winter eraan kwam geploegd. In het voorjaar werden die bonken dan weer fijngemaakt voor je met de zaaimachine het land inging. Van het moestuingebeuren wist ik al dat spitten – het omgooien van het bodemleven waarbij je het humusrijkste deel diep begroef – achterhaald was. ‘Nou,’ zei mijn broer,’ hier is het nog volop in de mode.’ Maar hij zou het ook achterwege laten, zou direct op een leeg geoogst perceel de grond licht voorbewerken waarbij alle voedingsrijke oogstresten als stro en bietenblad in de toplaag van de bodem bleven en daarop zou hij de quinoa en het blauwmaanzaad inzaaien.

Het scheelde in de eerste plaats een hoop werk en landbouwdiesel, maar belangrijker nog, als er dan weer zo’n voorjaar zou komen als dit jaar – eerst extreem nat waardoor je het land niet in kunt om te gaan zaaien en vervolgens extreem droog waardoor sommige gewassen zelfs met beregening niet ontkiemen – dan stonden de quinoa en het maanzaad er al met een worteltje dat sterk genoeg was om het water te zoeken. ‘En je land is tenminste bedekt,’ zei mijn broer. Ik dacht aan die eindeloze woestijnen die ik dit voorjaar had zien blakeren in de verzengende zon, en waar alleen beregeningsinstallaties leken te groeien. Die bedekte aarde leek me een van de cruciaalste dingen.

Het enige risico dat hij liep was een strenge winter. Wintertarwe kan daar tegen, van quinoa en blauwmaanzaad weet mijn broer het nog niet. Mislukte het, dan kon hij in het voorjaar gewoon nog een keer zaaien. ‘Dat liever dan in het voorjaar zo laat zijn, dat je die kans niet meer hebt,’ zei mijn broer.

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.