Stel je voor dat op 26 februari 2019 alle tv- en radiozenders hun uitzendingen hadden onderbroken voor een persconferentie van onze minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen waarin zij vertelde dat zij – voor mijn part in het diepste geheim, buiten het parlement om en onrechtmatig – voor 744 miljoen euro alle hoe-vliegen-vogelsonderzoekers en hun laboratoria had gekocht. Vanwege ‘nationaal belang’, ‘werkgelegenheid’, ‘de toekomst van ons land en onze jeugd’, ‘om een totaal nieuwe luchtvaartsector te gaan bouwen’.
Ik dacht hieraan toen ik de derde aflevering van de VPRO-serie Grote vragen zag, waarin we bio-mechanisch ingenieur David Lentink volgen die aan Stanford University onderzoekt hoe vogels vliegen. Mama’s en papa’s stappen makkelijker in vliegtuigen dan de vraag van hun kind ‘Hoe vliegt een vogel?’ te beantwoorden. En dat is niet raar, want er zijn zo’n tienduizend vogelsoorten, en van slechts vijfentwintig vogels weten we ongeveer hoe ze vliegen. We, dat is het kleine vogelvliegonderzoekswereldje waarin Lentink iedereen kent, en iedereen Lentink kent. Hoe dat komt? Lentink: ‘Zodra we konden vliegen met een vaste vleugel en een motortje, en helemaal toen we mooie passagiersvliegtuigen en raketten naar de maan hadden, zijn we ruimschoots gestopt met kijken naar hoe een vogel vliegt.’ Zo snappen we ook meteen waarom de huidige luchtvaartsector ten dode is opgeschreven.
Lentink maakt gebruik van de modernste high speed cameratechnieken om de supersnelle vleugelbewegingen van vogels voor het menselijke oog te ontrafelen. Dan pas zie je hoe alle onderdelen van een vleugel – de arm, de hand en de vingers (de veren) – los van elkaar bewegen, maar ook automatisch. Zeg maar: als dit beweegt, dan dat ook. Nu bouwt Lentink met zijn jonge onderzoekers robotvogels. Voor de vleugelonderdelen gebruikt hij tandartselastiekjes – die blauwe of groene dingen waar een tienermond soms vol van is – en echte vogelveren. Want de mens heeft nog geen materiaal gevonden dat zowel de stijfheid van veren als de zachtheid aan de randen nabootst. Om nog maar te zwijgen over die unieke klittenbandachtige eigenschap aan de randen van de veren die voorkomt dat een heftige storm een gat blaast tussen uitgespreide veren, terwijl het de vogel geen energie kost om die aan elkaar geklitte uitgespreide veren weer in te trekken.
Vogelvleugels doen alles wat een vliegtuigvleugel niet doet: ze gaan op en neer, ze vervormen, ze kunnen zich los van elkaar intrekken bij turbulentie. Een vogel heeft geen roer nodig om van koers te veranderen, die gebruikt zijn veren. In een unieke luchtdrukopstelling in Lentinks lab die meet hoe vogels aan hun opwaartse kracht komen, ontdekten ze dat vogels precies het tegenovergestelde doen van vliegtuigen. Verder vliegen vogels gewoon door turbulentie heen, ook al zijn ze oneindig lichter dan een vliegtuig, en blijven vliegtuigen bij slecht weer aan de grond. Wie eenmaal de vleugelslag van een kolibrie of een duif in slowmotion heeft gezien, weet dat een vliegtuig net zoveel met een vogel van doen heeft als een etalagepop met Igoné de Jongh of Alexandra Radius.
Volgens Lentink vliegen wij mensen over vijftig jaar compleet anders. De aandrijving gaat veranderen, net als de bron van energie, het type materiaal, het maken zelf zal compleet veranderen, de machines zullen veel betaalbaarder zijn, start- en landingsbanen kunnen veel korter, Lentink verwacht meer een combi van een helikopter en een vliegtuig.
Circa viervijfde van het aandelenpakket dat de minister van Financiën op 26 februari 2019 namens alle Nederlanders voor 744 miljoen euro kocht – waarmee hij de verkopers van 60 miljoen aandelen KLM Air France erg gelukkig heeft gemaakt – is weg, verdampt. Iedereen zal zeggen dat het door corona komt, maar wie eenmaal een muspapegaai in slowmotion heeft zien vliegen snapt dat een luchtvaartbedrijf waar alleen de marketingafdeling een tijdje bezig was met de bestudering van een in slowmotion vliegende zwaan, gedoemd is te crashen.
In het nieuws gaat het vandaag over de 3,4 miljard euro die onze minister van Financiën wel of niet gaat stoppen in een ten dode opgeschreven bedrijf. Kom op, minister van OCW, kom op kabinet, stap uit het verleden de toekomst in en buig dat geld om naar fundamenteel onderzoek.