Vorige week was het dak van de tent en lag er sneeuw op de straatstenen en onder onze matten en verwarmde een winterse zon onze bemutste hoofden en gehandschoende vingers. Nu is het zeildoek boven ons weer dicht, niemand verwacht nog dikke pakken sneeuw en scheuren in het tentdak, alleen links en rechts onder de stukjes zijkant die niet open zijn geschoven en waarvan het zeil niet lichtjes fladdert in de wind liggen nog restjes sneeuw te wachten om gesmolten te worden.
Op deze ochtend van de week zijn we meestal met acht, negen atleten. De training staat op het whiteboard geschreven en bestaat zoals altijd uit een set opwarmoefeningen, gevolgd door een reeks technische oefeningen om te eindigen met de workout of the day – WOD – waarin we drie of vier oefeningen zo snel of zoveel mogelijk achter elkaar moeten uitvoeren.
Eerst warmen we op met diepe kniebuigingen: in drie langzame tellen naar beneden, in één tel omhoog, één tel de gestrekte heup stilhouden en weer naar beneden, 3-1-1, en dat tien keer de rug blijft al die tijd recht. Dan stappen we vijf keer op en van een houten kist en dan gaan we nog vijf keer door de heupen en door de knieën, maar nu wijdbeens, waarbij we afwisselend onze lijven boven het ene gebogen, gehurkte been brengen, dan boven het andere, terwijl het andere been gestrekt is. Dit hele pakket drie rondes.
Dan gaan we een stang halen, tien kilo, vijftien kilo, meer kan ook. En gewichten, ronde platen met een gat in het midden, om links en rechts op die stang te schuiven. Straks ligt die gewichtige stang in mijn nek en ga ik met een rechte rug door de knieën tot mijn billen de houten kist aanraken, lichtjes, het is niet de bedoeling dat ik ga zitten uitrusten, en weer omhoog, heupen gestrekt. En dat acht keer. Dan anderhalve minuut rust, en dan weer acht keer, in totaal zes setjes. Als die stang daar eenmaal ligt, kan die makkelijk 25 kilo wegen, maar hoe krijg ik die stang die voor me op de grond ligt boven me, om ‘m vandaar in mijn nek te laten zakken? En, een nog grotere vraag, hoe krijg ik ‘m na acht herhalingen weer uit mijn nek? S die verderop staat worstelt met dezelfde vraag boven een stang die ze tot 50 kilo gevuld heeft.
We besluiten de stang niet lichter te gaan maken, maar elkaar te helpen als we rusten. De eerste keer krijg ik de stang nog wel opgetild en op zijn plek, en doe ik mijn acht herhalingen, dan roep ik even en komen S en C die al klaar zijn. Zij tillen ieder aan een uiteinde mijn stang een stukje op, ik laat los, en zij leggen ‘m op de grond. Op dezelfde manier komt die na de rustpauze weer in mijn nek. Trainer P helpt S door achter haar te gaan staan en de stang van vijftig kilo van haar over te nemen. Reden er na vorig jaar na de eerste lockdown nog geregeld handhavers van de gemeente rond om te kijken of de trainers echt alleen maar toezicht hielden en geen les gaven, want les geven was en is verboden, nu tijdens de tweede lockdown zien we ze niet meer en zijn de trainers ietsje minder bang, ietsje minder roomser dan de paus, al is er geen fysiek contact en houden we afstand. We zijn niet gek.
De laatste achttien minuten zijn voor de WOD. We halen een zware bal, een soort zandzak in ronde vorm, die moeten we met een gestrekte rug oppakken, voor onze borst brengen en over onze schouder achter ons laten vallen. En dat twintig keer, dan rennen we de tent uit tot net voorbij het garagebedrijf en weer terug en daarna vouwen we ons lijf als de benen van een passer, billen op het hoogste punt, voeten aan de grond, handen aan de grond, buigen we onze ellebogen en proberen ons hoofd zo dicht mogelijk bij de mat te brengen. We mogen deze oefening ook doen met onze voeten op de houten kist, al maakt dat het strekken van de armen zwaarder. Tien herhalingen. Dan weer twintig keer die zandzak, 200 meter rennen, tien keer vanuit een passerstand opdrukken tot er na achttien minuten op iemands telefoon een zoomer gaat.
Een paar jongens bekijken nog even de zwarte zak waarmee P heeft gegooid, vijftig kilo, de zak is van R, die ‘m hier in de box laat liggen zodat anderen ‘m ook kunnen gebruiken. De jongens willen ‘m ook even proberen, een enkeling lukt het, P die zeker tien jaar ouder is dan ik doet voor hoe ze goed door de knieën moeten gaan, nooit een bolle rug, eerst die zak voor de borst brengen, dan een hupje, en daar gaat die al over de schouder.
We ruimen op. Dat gedoe met papier en alcohol en ontsmetten waar vooral de rubber platen flink onder leden, doen we niet meer. We zijn bijna een jaar verder en wijzer.