Of ik op broodgebied nog voornemens had voor het nieuwe jaar, vroeg A die ons in de kerstvakantie bezocht samen met haar drie maanden oude zoontje. We zagen de nieuwe wereldburger voor het eerst. Hij lag in een Maxi-Cosi, deed bij binnenkomst een half oog open, deed het weer dicht, reutelde een enkele keer, liet wat in zijn luier rommelen, opende nadat wij uitgegeten waren zijn ogen, dronk zonder slag of stoot aan zijn moeders borsten, keek wat rond toen zijn moeder hem op de arm nam en over zijn rugje wreef, liet geen boer, of een onhoorbare, beklodderde zijn moeders schouder niet met melk, liet zich weer in zijn Maxi-Cosi vlijen en sliep verder.
A is een van de mensen die de broodfilmpjes ontvangt, filmpjes waarin ik ons zelfgebakken brood aansnijd terwijl R filmt. Ondertussen proeven we het brood en kletsen over brood en leven. A was na filmpje drie of vier zelf ook brood gaan maken. Ik antwoordde A dat ik er nog niet over had nagedacht, dat ik niet zo van de voornemens was. Maar het zaadje was geplant en het leek me mooi in het nieuwe jaar me te gaan bekwamen in het zelf maken van maaltijdbrood, zoals Libanees platbrood, naanbrood, pitabrood. Bij de geroosterde broccoli en halloumi met het harissa-honingsausje van vandaag hoorde Libanees platbrood, aan de slag dus.
Op internet waren legio recepten, ik koos die met bloem en yoghurt en een snufje zout. Het mengen was kinderlijk eenvoudig, binnen de kortste keren had ik een soepele bal. Die liet ik even rusten. Na het gerust kneedde ik ‘m kort en verdeelde het deeg in acht gelijke stukken waar ik kleine balletjes van rolde. Toen kwam de grootste klus: het uitrollen van zo’n balletje tot een mooie dunne ronde lap terwijl ik kwistig met bloem strooide om geplak aan aanrecht en deegroller te voorkomen. Ook de juiste temperatuur vinden voor de droge koekenpan waarin ik die dunne lapjes een minuut per kant liet garen zonder dat ze zwart werden, was een klus, maar bij broodje vijf had ik de juiste stand te pakken, standje zes op de pit rechtsvoor, en verschenen er mooie luchtbellen in het brood.
Tegenover het openknippen van een plastic verpakking en de kant-en-klare broodjes een minuutje in de oven onder de grill leggen, stond een half uur noeste arbeid, een ontploft aanrecht én brood dat leefde, dat verrukkelijk smaakte, dat een lust was om te scheuren en in onze monden te stoppen.
Een heel jaar lag voor me om het proces te vervolmaken tot een handomdraai.