Tweelingen

notitieHet dode konijn op de betonnen schaaktafel was er niet meer. Vorige week lag ie daar, een zwart, stijf lijkje, in het parkje bij het Achterklooster. Op het gras huppelden een stuk of tien levende konijnen. Twee halve kroppen ijsbergsla bij een vuilnisbak, een zwart en een bruin konijn knabbelden. Het was de ochtend van de eeneiige tweelingen. Eerst, op mijn eigen metrostation, twee blonde meisjes, eentje met één staart, de ander met twee, zelfde soort gympen, ander dessin. Daarna op het zebrapad bij café De Dijk twee Aziatische meisjes, lichte halflange nette jasjes, lichte tuleachtige rokjes eronderuit, donkere maillots, lichte platte open schoentjes, mama in het midden. Het linkermeisje huilde hartverscheurend. Op de rug gezien zag je het nauwelijks, er werd flink doorgelopen aan mama’s handen, al begon de door verdriet overmande bij de tramrails aan de arm van mama te trekken, wat het tempo overigens niet vertraagde. En daarna, bij de Mariniersweg, een Aziatische moeder met haar telefoon in de aanslag. Ze deed haar twee van een strak pagekapsel voorziene tweejarigen in vrolijke regencapejes voor hoe ze met hun rode laarsjes in een plas konden spetteren. De meisjes imiteerden, ook wanneer de moeder stilhield om een foto te maken. Bij Donner kocht ik drie grijze Moleskine notitieboekjes. De grijze waren 70 cent goedkoper dan de zwarte, de zachtgroene vijf cent duurder dan de zwarte, die met een zachte mauve reliëfkaft nog een euro duurder. Dat laatste begreep ik enigszins. Tot nu toe kocht ik altijd zwarte. Boekje tweeëntwintig is bijna vol.

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.